Metabolisme
= veranderen.
Stofwisseling
Geheel van chemische processen die plaatsvinden in een ➛organisme, zodat deze kan functioneren.
Dit functioneren bestaat uit groei, beweging en herstel. Om de hiervoor benodigde energie te verkrijgen zijn voedingsstoffen uit de omgeving nodig, die in het lichaam worden omgezet in bruikbare stoffen voor ➛assimilatie: opbouw, herstel of voor opslag als reserve. Voor beweging worden stoffen verbrand, wat energie oplevert, met behulp van eveneens uit de omgeving opgenomen ➛zuurstof, een proces dat ➛dissimilatie heet.
De hiervoor benodigde stoffen zijn in zekere zin voor alle organismen hetzelfde, en bestaan uit koolhydraten, vetten, eiwitten, ➛vitaminen en mineralen. Afvalproducten zijn hoofdzakelijk ➛water, ➛CO₂, en onafbreekbare resten, die als uitwerpselen worden uitgescheiden.
De ingenomen voedingsstoffen worden in het darmkanaal door ➛enzymen, ➛bacteriën en ➛schimmels afgebroken tot voor ➛cellen opneembare producten. Via de bloedbaan worden deze door het lichaam vervoerd en daar opgenomen waar ze nodig zijn, een buitengewoon complex geheel van processen.
Metamorfóse
= Gedaanteverwisseling.
Het meer of minder ingrijpend veranderen van ongewervelden, amfibieën en planten tijdens de overgang naar volwassenheid. Bekendste voorbeeld wellicht is de overgang van rups naar vlinder, maar vrijwel alle insecten ondergaan een dergelijk proces.
Metamorfosen bij dieren zijn onder te verdelen in onvolledig en volledig.
- Bij een onvolledige metamorfose (hemimetabool) worden onvolwassen dieren ➛nimfen genoemd en lijken al sterk op het volwassen dier. In de regel kunnen deze niet vliegen, maar hebben al wel goed zichtbare vleugelontwikkeling op het borststuk.
- Jongen van dieren die een volledige metamorfose (holometabool) ondergaan worden ➛larven genoemd en kennen een popstadium, waaruit het uiteindelijke volwassen dier komt.
Meten
Alhoewel aquariumhouden bijna zonder kan, geeft het meten van waterwaarden veel inzicht in de ➛waterkwaliteit en het functioneren van een aquarium. Een ➛thermometer slaat vermoedelijk niemand met een tropisch aquarium over. De noodzaak om meer te meten dringt zich doorgaans pas op zodra problemen als algen, ziekten of stagnerende plantengroei optreden. Toch verschaffen tests vooral tijdens het ➛starten van een aquarium buitengewoon nuttige informatie, waarmee veel beginnersleed kan worden vermeden.
Meten vereenvoudigt het stellen van een diagnose, wat weer een gerichte aanpak mogelijk maakt van het ontstane probleem, of het voorkomen ervan. Dit kan op meerdere manieren:
- Met teststrips. Dunne strookjes met één of meer stukjes vloeipapier met indicator om kort in het water te worden gehouden, waarna binnen enkele seconden tot een minuut de waarde kan worden afgeleid. Hiertoe worden de kleuren ervan vergeleken met meegeleverde kleurschalen met bijbehorende waarden. Vaak worden meerdere waarden tegelijk gemeten, soms één. Niet alle waarden kunnen hiermee worden gemeten, zoals ➛fosfaat. De nauwkeurigheid is redelijk en varieert per gemeten waarde. Dit is de goedkoopste methode.
- Met druppeltests. Een nauwkeurig afgemeten hoeveelheid aquariumwater wordt van één of meer druppels indicator uit een druppelflesje voorzien, waarna de kleur van het geheel ook weer met een kleurschaal met waarden wordt vergeleken. Voor vrijwel iedere afzonderlijke waarde kan een set worden gekocht, maar ook testsets voor meerdere waarden zijn verkrijgbaar, wat vaak wat goedkoper uitvalt. Spijtig dat de fosfaat meting daarin altijd lijkt te ontbreken. Druppeltesten zijn een stuk duurder, maar zonder meer de betrouwbaarste methode. Een set gaat bovendien jaren mee.
- Met elektronische meters. Meten hiermee gaat vooral gemakkelijk. Het uiteinde of de bijbehorende elektrode wordt van de dop ontdaan en in aquariumwater gestoken nadat het apparaat is ingeschakeld, waarna op het display de waarde direkt kan worden uitgelezen. Dit is de duurste methode, al zijn er tegenwoordig zeer betaalbare meters te krijgen. Slechts enkele waarden kunnen elektronisch worden gemeten, te weten ➛zuurgraad, ➛hardheid, ➛temperatuur en ➛geleidbaarheid. De laatste is uitsluitend elektronisch te meten. De nauwkeurigheid bij sommige meters lijkt zeer hoog, maar dit is vooral schone schijn en wisselt per metertype. Sommige meters vergen zorgvuldig gebruik voor een betrouwbare meting.
- Voor het meten van het ➛zoutgehalte van ➛brak water kan een ➛hydrometer of een ➛refractometer worden gebruikt. De eerste werkt op soortelijk gewicht, de tweede op het verschil in lichtbreking tussen verschillende concentraties. Deze laatste is ook in een elektronische vorm verkrijgbaar.