I
Geslacht van ➛parasitaire ➛flagellaten uit de stam van de ➛Euglenoida, voorheen bekend als Costia. Enige soort hierin wordt zowel Ichthyobodo necator als I. pyriformis genoemd, die een zeer besmettelijke ➛infectie bij vissen veroorzaakt waarbij huid en kieuwen worden aangetast. Met name jonge vis is vatbaar.
Deze zeer kleine, ➛euryhaliene eencellige is weinig kieskeurig wat de ➛gastheer aangaat. De ziekte gaat meestal gepaard met infecties door andere vormen van ➛huidbeslag.
Bekende symptomen zijn:
De ziekte is goed te behandelen met verschillende in de speciaalzaak verkrijgbare ➛geneesmiddelen. Vanwege de besmettelijkheid is het aan te raden dieren zo snel mogelijk af te zonderen en in ➛quarantaine te behandelen. Mensen zijn niet vatbaar voor deze ziekte.
Geslacht van parasitaire eencellige organismen die eerder tot de ➛schimmels werden gerekend onder het synoniem Ichthyosporidium, maar zowel verwantschap met dieren als met schimmels vertonen. De vele symptomen doen aan buikwaterzucht (➛Ascites) of aan vistuberculose (➛Mycobacterium) denken, wat het stellen van de juiste diagnose bemoeilijkt.
Tot dusver is de ziekte ongeneeslijk gebleken, gezonde dieren hebben evenwel genoeg weerstand om zich te weren. Zoals bij vrijwel alle ziekten zijn ook hier door matige aquariumhygiëne verzwakte dieren meestal het slachtoffer.
Ichthyophonus kenmerkt zich met de volgende symptomen:
Vooral oudere dieren lijken vatbaar. De ziekte is besmettelijk, zeker als gezonde vissen aan dode, besmette dieren gaan knagen. Vernietig besmette dieren zo snel mogelijk, en ontsmet apparatuur alvorens deze in een ander aquarium te gebruiken, bijvoorbeeld met ➛kaliumpermanganaat.
Vooraf een maand in ➛quarantaine houden kan helpen de ziekte voorkomen.
= vissenluis.
Stip, witte stip
Deze, waarschijnlijk bekendste en meest voorkomende, ➛parasitaire ➛ziekte bij vissen wordt veroorzaakt door het ➛trilhaardiertje Ichthyophthirius multifiliis ('met vele kinderen'), in het Engels vaak 'ich' genoemd. De parasiet is niet soortspecifiek, waardoor vrijwel alle vissen er aan ten prooi kunnen vallen. Wel zijn enkele vissoorten er bovengemiddeld gevoelig voor. De parasiet is goed herkenbaar door de hardwit gekleurde zweren tot ongeveer 1 mm grootte die op het vissenlichaam en de vinnen verschijnen.
De ziekte wordt gemakkelijk verward met ➛Epistylis, een ander trilhaardiertje. Symptomen van witte stip zijn:
Vermeerdering gaat snel: na een halve dag kan de vis al bezaaid zijn met stippen. Ook is de ziekte erg besmettelijk en worden andere vissen al snel aangestoken. Vissen kunnen enkele van deze parasieten goed verdragen, maar vele honderden zweren zijn een risico, zeker omdat de huid wordt beschadigd, waardoor de vis vatbaar wordt voor andere infecties. Aan de parasiet zelf gaat een vis echter zelden dood.
De levenscyclus van witte stip verloopt van volwassen dier, genesteld in de vissenhuid, waar het de witte zweer veroorzaakt. Deze eet zich vol aan vissenhuidcellen, verlaat de vis en hecht zich aan de bodem of vast voorwerp, waarna het overgaat in een cyste en zich vermenigvuldigt. Binnen enkele uren barst de cyste open en zwermen enkele duizenden jonge parasieten uit, op zoek naar een nieuwe gastheer. Vindt zo'n jonge parasiet die niet binnen twee tot drie dagen, dan sterft deze, anders begint de cyclus opnieuw. De totale cyclusduur is bij 25° C ongeveer zeven dagen.
Het vroeg herkennen van ziekten is van belang en met witte stip is het al niet anders. Een enkele stip wordt makkelijk over het hoofd gezien, maar schijnbaar veroorzaakt deze sterke irritatie bij de vis: deze gaat venijnig langs harde voorwerpen schuren om er van af te komen. De vis legt zorgvuldig aan bij bijvoorbeeld een steen om er dan krachtig langs te schrapen. Dit gedrag is altijd verdacht, check de vis in kwestie, en de anderen, zorgvuldig. Deze 'indicatorvis' is mogelijk gevoeliger voor de irritatie dan de andere.
Behandeling van witte stip is eenvoudig en er zijn meerdere succesvolle middelen in de handel. Gezien de levenscyclus lijkt het weinig zin te hebben om zieke dieren afzonderlijk te behandelen: de parasiet is in de vissenhuid en als cyste redelijk tegen chemische invloeden beschermd. Pas in het stadium waarin wordt gezocht naar een nieuwe gastheer is de parasiet kwetsbaar. Als één van de parasieten zich al tot dat stadium heeft ontwikkeld, is het hele aquarium verdacht en kan dit maar beter als geheel worden behandeld. Medicamenten hebben echter als nadeel dat samen met de parasiet ook andere, nuttige, micro-organismen worden gedood. Als de ziekte in een vroeg stadium wordt ontdekt kan behandeling van de afzonderlijke vis in een klein (quarantaine)bakje met een beetje geluk toch afdoende zijn, ondanks eerder genoemd bezwaar. Dit bakje kan in het aquarium drijven en hoeft niet groot te zijn. Voordeel daarbij is ook het beperkt gebruik van duur geneesmiddel. Houdt de behandeling zeker een week aan, opdat alle ziekteverwekkers worden gedood. Dat betekent dat alle parasieten op de vissenhuid eerst het cystestadium moeten doorlopen en de jonge parasieten moeten vrij laten komen. Verhogen van de temperatuur tot 27° doet de levenscyclus van de parasiet sneller verlopen. Meer over het gebruik van ➛geneesmiddelen.
Dat laatste is ook de basis voor een alternatieve behandeling zonder chemicaliën. Ichthyophthirius is niet bestand tegen temperaturen vanaf 30°, al is er een zeldzame variant die het tot 33° redt. Om de vissen te helpen met ademen in dit zuurstofarmere water kan een bruissteentje worden gebruikt. Binnen 14 dagen zouden alle parasieten zijn gedood, maar ondanks herhaalde successen is deze methode enigszins omstreden. Toevoegen van een theelepel zout per 4 liter water verhoogt de effectiviteit doordat het de parasiet doet uitdrogen door ➛osmose. Doe dit geleidelijk, want het gaat om een stevige dosis. Veel planten en sommige dieren verdragen een dergelijke zware ➛zoutkuur niet.
Houdt rekening met gevoeligheid voor zout of chemicaliën bij de overige dieren. Met name chemicaliën kunnen funest zijn voor garnalen, terwijl vissoorten uit zacht water mogelijk het zout niet overleven.