VergiftigingenVerhouten

Vergiftigingen

Ziekten die het gevolg zijn van schadelijke (giftige) stoffen. Vergiftigingen komen bij waterdieren, waaronder onze vissen, garnalen en slakken, vrij gemakkelijk voor. In water lossen zeer veel stoffen meer of minder makkelijk op, waaronder ook heel wat kwalijke ➛giffen. Daar komt het voortdurend uitwisselen van stoffen tussen de verschillende organismen bij. Hierin toont zich eens te meer het belang van een geregelde ➛waterwissel, waarbij het goed is te bedenken dat deze de bron van vergiftiging zélf kan zijn, denk aan chloor.

Vergiftigingen kunnen plotseling optreden en worden acute vergiftigingen genoemd, anders is sprake van een chronische vergiftiging. Acute vergiftigingen worden in de regel veroorzaakt door stoffen die in geringe hoeveelheden al dodelijk zijn, zoals nitriet, ammoniak of koper; chronische vergiftigingen treden op als een betrekkelijk onschuldige stof geleidelijk aan tot een te hoge concentratie is opgelopen, denk aan nitraat, zuurstof of zwavelwaterstof (rotte eieren). Dat laatste komt vrij als een dier in het aquarium sterft, dat maakt het snel verwijderen ervan ook zo belangrijk.

Om snel te kunnen handelen bij een vergiftiging is het raadzaam altijd een kleine hoeveelheid ➛actief kool op voorraad te hebben.

Hieronder een determinatieschema om een vergiftiging vast te stellen; bedenk dat niet altijd alle symptomen optreden:

De behandeling van vergiftigde vissen is eenvoudig: overzetten in gezond water van gelijke temperatuur. Lastiger kan het zoeken naar de oorzaak van de vergiftiging zijn.

Mogelijke oorzaken zijn nieuw ingebracht materiaal, zoals planten, hout of stenen, of voedsel, bijvoorbeeld ➛plantaardig. Ook een veilig geacht geneesmiddel kan voor gevoelige soorten toch teveel zijn, mogelijk een onjuiste dosering.

Verhouten

Proces van verduurzamen van de celstructuur van planten. Dit vindt vooral plaats in bomen en struiken, in tegenstelling tot kruidachtige planten.

De aanvankelijk nog soepele takken worden bruin en stug, doordat in de celwand lignine of houtstof wordt afgezet. Dit is een biopolymeer, een chemisch zeer stabiele stof, vergelijkbaar met de molecuulstructuur van kunststoffen. Behalve stevig en minder buigzaam wordt de plant ook moeilijker afbreekbaar, alleen gespecialiseerde organismen als schimmels en sommige insecten lukt dat.