RoeipootkreeftenRondonacara hoehnei

Roeipootkreeften

Copepoda

Roestziekte

Verzamelterm voor een groot aantal ➛bacteriën die vele diepliggende, donkerbruine vlekjes in het chitinepantser van ➛kreeftachtigen veroorzaken. Bekende bacteriegeslachten zijn onder meer Benekea, Pseudomanas, Vibrio, Flavobacterium, Spirillum, en Aeromonas. Deze beschikken over het ➛enzym chitinase, waarmee de harde chitinelaag wordt beschadigd. Maar de ziekte gaat verder en tast volgens onderzoek mogelijk ook onderliggend zachter weefsel aan. Bovendien is met de afbraak van de beschermende buitenlaag de weg vrij voor andere ziekteverwekkers.

De ziekte is besmettelijk en dodelijk, in meest directe zin doordat het vervellen onmogelijk wordt: oud en nieuw pantser versmelten met elkaar, waardoor het besmette dier tijdens het vervellen sterft. Onbehandeld kan de hele populatie te gronde gaan. Plaats besmette dieren in een aparte (➛quarantaine)bak en behandel ze daarin.

De enige soms werkende behandeling is met 3% waterstofperoxide (H₂O₂) oplossing. Voeg daarvan 1 ml toe per 3 liter water. Een waarschuwing: waterstofperoxide is zeer agressief; controleer de dosering zorgvuldig. Laat het aquarium donker staan, waterstofperoxide valt door licht uiteen. Bacteriën in een filter overleven de behandeling niet, plaats het filter bijvoorbeeld op een emmer met aquariumwater. Doe na een uur het licht aan, zet eventueel een pompje op de bak. Herhaal deze behandeling dagelijks gedurende drie dagen. Voer een waterwissel uit na afloop, doe het licht weer aan en plaats na een paar uur het filter terug.

rolóffi

= naar de Duitse liefhebber Roloff.

Ladigesia

Rívulus

Rond sterrenkroos

Callitriche hermaphroditica

Rondbekken

Agnatha

Rondonácara

= naar Braziliaans ontdekker Rondon.

Monotypisch geslacht van cichliden uit de familie van de ➛Cichlidae.

De enige soort is de weinig bekende R. hoehnei, die voorheen onder het geslacht ➛Aequidens viel.

hóehnei

Miranda-Ribeiro 1918

Endemisch in het stroomgebied van de Araguaia rivier in centraal Brazilië.

Rondonacara hoehnei
Rondonacara hoehnei ♀

Grondkleur beigewit met 7 donkerder dwarsbanden en een nog donkerder lengtestreep vanaf het oog tot op de staartwortel. Onder het oog een schuin achterwaarts afbuigende zwarte streep tot halverwege de kieuwdeksel. Deze banden kleuren intenser al naar gelang de stemming. Flanken bij mannen lichtblauw, evenals de rugvin. Overige vinnen doorschijnend geel, wat in de paartijd nog versterkt. Ook kleurt bij mannen de keel dan geel. Vrouwen met enkel bruintinten.

Lengte tot 10 cm.

Redelijk vreedzame dieren, enkel tijdens de paai wordt agressiever en territoriaal gedrag vertoond. Eventueel voor het ➛gezelschapsaquarium geschikt. Zorg voor schuilplaatsen met behulp van stukken hout, stenen en een dichte beplanting, maar biedt ook de nodige zwemruimte. Houdt het ➛nitraatgehalte laag, bijvoorbeeld door plantenvoeding niet maximaal te doseren en geregeld het water te verversen. Weinig kritisch met de overige waterwaarden. Ook met voedsel niet moeilijk, zowel ➛levend, ➛diepvries- als ➛droogvoer worden gegeten. Biedt daarbij naast ➛dierlijk ook een aandeel ➛plantaardig voer aan.

Eenvoudig te kweken substraatbroeders, die bij voorkeur op een platte steen tot 80 eieren afzetten. Beide ouders waken over zowel eieren als jongen, ook nog als deze vrij zwemmen. Voeren kan dan met Artemia of jongbroedvoer van een soortgelijk formaat.

Geschikt voor aquaria vanaf 180 liter.

Temperatuur: 18 tot 30° C

pH: 5-8   dH: 8-18   fH: 14-32   ppm: 130-300

Kopen: ok.