= afgeleid van planorbis.
Geslacht van slakken met meer dan 15 soorten uit de familie van de ➛Planorbidae.
In zoet water levende longslakken met een huis in de vorm van een ramshoorn. In het aquarium is vooral de P. trivolvis een oude bekende.
Enkele soorten waren vroeger ondergebracht bij het geslacht Helisoma.
Say 1817
Inheems in Noord-Amerika van Canada tot aan Florida. Als exoot ook in andere delen van de wereld te vinden. De voorkeur gaat uit naar langzaam stromend water met veel plantenresten.
De slak lijkt op de ➛posthoornslak, maar blijft veel kleiner. Bovendien heeft het huis aan één kant een knik (kiel) parallel aan de windingen. De kleur varieert van bruin tot rood.
Lengte tot 18 mm.
Een populaire aquariumslak die planten met rust laat. De slak leeft van algen en voedselresten.
De slakken zijn ➛hermafrodiet en kunnen zich zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk voortplanten. Eitjes worden in pakketjes van 5 mm afgezet op allerlei voorwerpen, zoals planten, stenen en ruiten. De eitjes liggen in drie à vier rijen breed.
Deze slak is lang bekend geweest als Helisoma trivolvis.
= afgeleid van Planorbis.
Schijfhoorns
familie van longslakken uit de klasse van de ➛Gastropoda. Zoals de naam al zegt ligt het huis in het platte vlak of vrijwel vlak opgerold. Deze slakken beschikken over de kleurstof hemoglobine, en hebben daardoor een roodachtige tint. Dat heeft voordelen bij de zuurstofopname die deels door de huid gaat, waardoor de slakken in minder zuurstofrijk water kunnen leven en weinig naar de oppervlakte hoeven komen. Voornamelijk zoetwaterslakken, maar er zijn er ook die brak water opzoeken.
In het aquarium komen dikwijls soorten voor uit de geslachten Anisus, ➛Ancylus, Biomphalaria, ➛Gyraulus, Helisoma, Hippeutis, ➛Planorbarius, ➛Planorbella, ➛Planorbis en Segmentina.
= vlak draaiend.
Klein geslacht van slakken met 5 soorten uit de familie van de ➛Planorbidae.
Longslakken die wereldwijd voorkomen in zoet water. Het huis is in verhouding tot het lichaam groot en linksdraaiend gewonden in, zoals de naam al aangeeft, het platte vlak. Het huis wordt vlak liggend gedragen. De bovenkant is de kant waarvan de opening iets over de onderkant hangt. Het huis is gekield, dat wil zeggen dat er een opstaande rand over de spiraal loopt, maar deze is niet afgerond. Het huis is bruin doorzichtig. De kleur van het lichaam varieert van lichtbruin, roodbruin tot donkerbruin.
Deze slakken leven in allerlei langzaam stromend of stilstaand water, meestal in de oeverzone. Ook dieper worden ze aangetroffen, maar alleen in zuurstofrijke omstandigheden.
Linneaus 1758
Gewone schijfhoorn
Inheems in Europa en Azië tot het Baikalmeer; Noord-Afrika.
Huis als vermeld bij het geslacht. Het lichaam is doorschijnend donker grijsbruin, met een rode gloed dankzij de aanwezigheid van hemoglobine. Dunne, lange tasters.
Lengte tot 17 mm.
De dieren vermeerderen zich in het aquarium gemakkelijk.