Essentieel voor leven en daarmee voor het aquarium. Alle chemische processen voltrekken zich direct of indirect onder invloed van ➛licht en maken aldus leven mogelijk, beginnend bij de ➛fotosynthese van planten. Hierbij worden met ➛water en ➛kooldioxide ➛zuurstof geproduceerd, waardoor dierlijk leven mogelijk is.
Licht maakt bovendien de wereld voor dieren zichtbaar, de meeste zijn er zeer sterk afhankelijk van. De kwaliteit van het licht speelt daarbij minder een rol. Dit in tegenstelling tot planten, die een groot deel van het kleurenspectrum van zonlicht benutten. Lang is aangenomen dat vooral rood en blauw licht van belang waren, maar nieuwe inzichten tonen aan dat mogelijk het hele spectrum door planten wordt benut, en dat de ➛verlichtingssterkte er meer toe doet dan de samenstelling, zolang dit niet te onevenwichtig is.
Samengesteld wit licht bestaat uit rood, groen en blauw. Andere kleuren zijn een vermenging van deze. Elke kleur heeft een eigen effect op plantengroei. Zo zorgt veel rood licht voor de strekking van de plant, waarbij de bladkleur geelgroen wordt. Ook voor de fotosynthese gebruiken planten hoofdzakelijk rood licht. Meer blauw licht zorgt voor meer gedrongen groei, met donkergroene bladeren. Met name groei, bloei en vruchtzetting vragen om blauw licht. Groen licht zou geen rol spelen, die kleur wordt immers door planten weerkaatst: ze zíjn groen. Tests wijzen echter uit dat planten met groen licht opvallend beter groeien dan zonder.
Of een plant in de volle zon of in de schaduw staat is erg bepalend voor het beschikbare spectrum. Planten bezitten gelukkig een groot aanpassingsvermogen, maar dat maakt het moeilijk vast te stellen wat een optimaal spectrum is. Voorlopig lijkt het er op dat zonlicht nog steeds het beste voorbeeld voor doelmatige ➛verlichting is.
➛Poropanchax normani
➛Hippuris vulgaris
➛Glyceria maxima
= lijkt op Lilium.
Klein geslacht van moerasplanten met 9 soorten uit de familie van de ➛Apiaceae.
Kleine planten die door ➛uitlopers een dichte mat kunnen vormen. Van de negen soorten zijn er zes meer of minder goed te houden in het aquarium. Alle soorten vragen voor de vorming van een veldje een flinke hoeveelheid ➛licht, maar weer niet zoveel dat veralging optreedt. Geen van alle beginnersplanten.
Affolter 1985
Inheems in Argentinië, Brazilië en Paraguay, aan de oevers van rivieren en beken.
Moerasplanten die iets roodachtig groen zijn gekleurd. De blaadjes uit de korte opgaande stengels zijn aan de top wat verbreed. Zie verder de geslachtbeschrijving.
Hoogte tot 7 cm, breedte tot 20 mm.
Een vrij lastige plant die traag groeit. Naast veel licht vraagt de plant een goede voeding, dus een voedingsbodem of plaatselijke bodembemesting is aan te raden.
De plant vermeerdert zich door middel van ➛uitlopers, die kunnen worden afgenomen zodra deze beginnen te wortelen.
Geschikt voor aquaria vanaf 10 liter.
Temperatuur: 20 tot 28° C
pH: 6-8 dH: 8-30 fH: 14-53 ppm: 130-500 KH: 2-14