Verlichting is het meest wezenlijke stuk techniek voor het goed functioneren van een aquarium. Verlichting vervult twee rollen: enerzijds bruikbaar ➛licht leveren voor planten, anderzijds prettig licht om naar te kijken. Dat laatste wordt bepaald door de ➛kleurtemperatuur van een lamp, het eerste door de samenstelling van het licht. Voor beide moet het kleurenspectrum van een lamp het liefst dat van zonlicht benaderen.
Zonlicht zelf werd lange tijd beschouwd als de beste lichtbron, vooral vanwege de matige kwaliteit van kunstlicht destijds. Zonlicht heeft echter ook een aantal nadelen, zoals de beschikbaarheid. Deze is afhankelijk van het weer en de plaats van het aquarium in huis en laat zich nauwelijks controleren. Zonder spiegel valt zonlicht bovendien altijd van opzij door de aquariumruit. Vissen oriënteren zich zowel naar de richting van het licht als naar de bodem, en gaan bij licht van opzij scheef in het water staan. Ook kan een teveel aan zonlicht leiden tot meer algengroei, en 's zomers tot een te hoge temperatuur. Toch geven dieren blijk een korte zonlichtperiode in de bak, bij voorkeur 's ochtends of 's avonds, prettig te vinden.
Alle huidige vormen van kunstlicht hebben ondertussen zoveel vooruitgang geboekt, dat maar weinig liefhebbers gebruik van zonlicht nog als een serieuze optie zien en vooral als onwenselijk beschouwen. Bovendien biedt de techniek steeds meer mogelijkheden om de verlichting steeds natuurlijker te laten overkomen. Zo laat ledverlichting zich veel eenvoudiger automatisch dimmen. Met betaalbare elektronica kan daarmee nauwkeurig de zonsop- en ondergang worden nagebootst.
Licht wordt in het aquarium meestal geregeld met deze drie typen lampen: