= afgeleid van Gymnotus.
Mesalen
Familie van merkwaardig langgerekte, zeer slanke vissen uit de orde van de ➛Gymnotiformes. Het zijn alle dieren uit Midden- en Zuid-Amerika, levend in donker, moerasachtig gebied met veel schuilgelegenheid.
Het lichaam is cilindervormig als van een aal, met een stompe tot vrij spitse, kleine kop waarin een bovenstandige bek met een uitstekende, geronde onderkaak. Naar de staart loopt het lichaam uit in een platte stompe of dunne draadvormige punt, bij volwassen dieren wordt het verschil in doorsnede voor en achter sterker. Rug-, staart en buikvinnen ontbreken. Vanaf de anus tot bijna aan de staartpunt loopt de zeer lange aarsvin, die met een golfbeweging voor snelle voortstuwing zorgt, zowel voor- als achterwaarts. De kleine borstvinnen zijn laag geplaatst. Als alle mesaalachtigen beschikken ook de mesalen over bioelektrische organen voor onderling communiceren en waarnemen van omgeving en prooidieren. De kieuwen kunnen slechts deels in voldoende zuurstof voorzien en wordt aangevuld met behulp van atmosferisch lucht aan het oppervlak. Ondanks de gelijkenis in vorm is er geen verwantschap met de familie van de ➛Notopteridae, waarvan de soorten uitsluitend in Afrika en Azië voorkomen.
Mesalen zijn typische nachtdieren, maar wennen doorgaans aan activiteit overdag tijdens het voeren.
Twee geslachten vallen onder deze familie: ➛Gymnotus en Electrophorus.
Mesaalachtigen
Orde van vleugel- of mesvormige vissen uit de superorde van de ➛Ostariophysi, afkomstig uit Zuid-Amerika. Langwerpige dieren met een lang, spits uitlopend lichaam waaraan een zeer lange aarsvin, die aan een even lange, gespierde huidplooi hangt. Deze zorgt met een lopende golfbeweging voor de voortstuwing. Hierdoor zijn deze vissen in staat zowel voor- als achteruit te zwemmen, en ook snel. Een rugvin ontbreekt of is zeer klein. De staartvin is zeer klein en soms vergroeid met de aarsvin, of ontbreekt volledig. De kop kan uiteenlopende vormen hebben, bijvoorbeeld een stompe, bovenstandige bek of een pincetachtig gebogen tuit. Uniek aan de mesalen is hun gebruik van zwakke elektrische lading, geproduceerd door bioelektrische spiercellen of, in een enkel geval, door zenuwcellen. Deze bevinden zich doorgaans in de staart. Een bruikbare aanvulling op de zintuigen, aangezien het om een groep van typische nachtdieren gaat. Deze spanning is te zwak voor verlammend gebruik, maar geschikt voor oriëntatie, communicatie en traceren van prooidieren, aanvullend op de eveneens aanwezige zijlijn. De sidderaal, die ook binnen de orde valt, is hierop de uitzondering en kan actief prooien en mogelijk vijanden verlammen met een veel zwaardere ontlading.
Slechts enkele families herbergen soorten die van geschikt formaat zijn voor het huiskameraquarium en worden slechts zelden en tegen hoge prijzen verhandeld:
Apteronotidae, ➛Gymnotidae, Hypopomidae, ➛Rhamphichthyidae, Sternarchorhamphus en Sternopygidae.