= met een naakte kruin.
Klein geslacht van karperzalmen met 4 soorten uit de familie van de ➛Characidae.
Zuid-Amerikaanse scholenvissen uit het ➛Amazonegebied met een gedrongen en hoog gebouwd, nog niet geheel rond lichaam. Die indruk krijgen de dieren vooral door de lange en vrij hoge aarsvin die de halve buiklijn beslaat. De ruglijn is bij volwassen dieren minder hoog gewelfd, maar heeft een knik bij het voorhoofd. De kop is vrij klein, met een kleine, iets bovenstandige bek. De rugvin is kort en driehoekig, de staartvin gevorkt met afgeronde lobben. Ook de vetvin ontbreekt niet. Op G. ternetzi na eenvoudig getekende dieren. Jonge dieren en mannen minder hoog gewelfd.
Weinig eisende dieren die een breed bereik aan waterwaarden verdragen, zeker nakweek. De voorkeur ligt echter bij zacht en licht zuur water. Daarmee zijn ze zeer geschikt voor het gezelschapsaquarium en starters in de hobby. Houdt de dieren bij voorkeur met minimaal acht exemplaren en zorg voor voldoende zwemruimte. Enige beplanting kan helpen de af en toe voorkomende onenigheid sneller te sussen. Dieren kleuren beter bij een donkere bodem en niet al te fel licht.
Weinig kieskeurig met voedsel, voornamelijk dierlijk voedsel van het juiste formaat wordt gegeten, zowel ➛levend, ➛diepvries- als ➛droogvoer. Een klein aandeel ➛plantaardig is eveneens van belang.
Eenvoudig te kweken dieren die, zoals bijna alle soorten uit de familie, de eieren vrij in het water afzetten en verder geen broedzorg vertonen. Sterker nog, het zijn ➛eierrovers. Zorg voor een kweekrooster of een laag knikkers op de bodem voor een gunstiger resultaat. Voer de temperatuur op naar het maximum en dim het licht. Productieve dieren die meerdere honderden eieren afzetten. Jongen kunnen met zeer klein ➛jongbroedvoer worden grootgebracht.
Fowler 1911
Inheems in kleine beekjes, moerassen en meren in het stroomgebied van de rio Orinoco in Venezuela en Colombia.
Uiterlijk als van G. ternetzi, maar mist de zwarte kleuren. Rug met een goudgele glans, vanaf de staartwortel is een naar het midden vervagende lengtestreep te zien. Vinnen roodachtig, in aars- en buikvinnen het sterkst. Vet- en borstvinnen kleurloos. Oudere dieren beduidend minder intens van kleur.
Lengte ♀ tot 5 cm, ♂ tot 40 mm.
Verzorging, gedrag en kweek als vermeld bij het geslacht. Enigszins schuwe soort waarvoor gedempt licht en een donkere bodem van belang zijn. Zorg voor voldoende plantaardig voer, anders worden zachtbladige planten mogelijk aangevreten.
Geschikt voor aquaria vanaf 100 liter.
Temperatuur: 22 tot 28° C
pH: 5-8 dH: 4-18 fH: 7-32 ppm: 70-300
Een zelden aangeboden vissoort. Jonge dieren werden korte tijd voor de aparte soort G. socolofi aangezien en om die reden nog zo aangeboden.
Kopen: ok.
Boulenger 1895
Zwarte tetra, rouwtetra
Afkomstig uit de bovenloop van de rio Paraguay en Guaporé, in Bolivia, Brazilië en Paraguay.
Lichaam als beschreven bij het geslacht. Kleur bruingrijzig zilverwit, jonge dieren met een diepzwarte achterste lichaamshelft. Ook de rug- vet- en aarsvin diepzwart. Achter de kieuwen een eveneens diepzwarte schoudervlek, en onder de rugvin een dito dwarsstreep. Staartvin bleekwit. Oudere dieren verbleken naar grijze variaties hierop. Ook verkrijgbaar in de 'Gold' kweekvorm, die ➛albino lijkt, maar zwarte ogen heeft. Daarnaast is de vis in verschillende hippe kleuren verkrijgbaar, dankzij technische hoogstandjes van ➛mishandeling.
Lengte ♀ tot 6 cm, ♂ tot 5 cm.
Verzorging en gedrag als bij het geslacht beschreven. Zonlicht wordt gewaardeerd. Staan bekend als vinnenbijters (naar andere vissen). Met een school van 12 of meer dieren blijft dit in de regel achterwege. Verkrijgbaar in vrijwel iedere aquariumzaak.
De kweek verloopt als bij de geslachtsvermelding en is niet moeilijk. Tot 800 eieren worden afgezet, deze komen na uiterlijk 2 dagen uit.
Geschikt voor aquaria vanaf 100 liter.
Temperatuur: 20 tot 28° C
pH: 6-8 dH: 4-18 fH: 7-32 ppm: 70-300
Kopen: ok.