= met een buisvormige opening.
Omvangrijk geslacht van mossen met meer dan 120 soorten uit de familie van de ➛Solenostomataceae.
Een recent samen met de familie opgericht geslacht uit het geslacht ➛Jungermannia, met welke de soorten veel overeenkomsten vertonen. Voor het aquarium is enkel S. tetragonum tot dusver geschikt gebleken.
Schuster & Long 2009
Wijd verspreid over tropisch en subtropisch Azië, Europa, Noord-Amerika en delen van Zuid-Amerika, zolang de omgeving vochtig genoeg is.
Groei als bij geslacht en familie omschreven. Helder geelgroene ronde blaadjes die dicht opeen staan. Stelen horizontaal, half opgericht. Aldus worden dichte, regelmatige brede kussens gevormd.
Hoogte tot 30 mm, breedte tot 3 mm.
Zeer langzaam groeiend mos. Weinig kieskeurig met licht, zorg echter wel voor voldoende vloeibare ➛plantenvoeding en ➛CO₂.
Eenvoudig te vermeerderen door te delen of te stekken.
Geschikt voor aquaria vanaf 10 liter.
Temperatuur: 18 tot 28° C
pH: 4-8 dH: 0-18 fH: 0-32 ppm: 0-300 KH: 0-7
Familie van mossen uit de orde van de ➛Jungermanniales. Eén soort binnen het geslacht ➛Solenostoma is goed houdbaar.
= van het latijnse solus, alleen.
Solitaire dieren zoeken buiten de ➛paartijd geen gezelschap van soortgenoten, anders dan groepsdieren, bijvoorbeeld ➛scholenvissen.
Van planten spreken we van solitair als het om een alleenstaand exemplaar gaat, bijvoorbeeld om een contrast met andere planten eromheen te accentueren.