SchubbenSchubbeneters

Schubben

Beschermende platen in de vissenhuid met een systematische structuur. De schubben groeien vanuit de onderhuid van de vis. Doordat deze aan één punt vastzitten kunnen ze bij het buigen van de huid over elkaar schuiven, waardoor geen beperkingen in de bewegingen ontstaan. Schubben zijn levend materiaal en groeien mee met de vis. Doordat dit niet het hele jaar even snel gaat, vertonen schubben jaarringen.

Schubben
Placoïde, ganoïde, cycloïde en ctenoïde schubben.

Schubben bestaan in meerdere vormen:

De dakpansgewijze opbouw van de geschubde huid kent een uitgekiende onregelmatigheid die turbulentie langs het lichaam voorkomt. Turbulentie heeft een remmend effect op de voortbeweging van volkomen gladde oppervlakken. De schubben verlenen de vis derhalve een betere stroomlijn, en daarmee snelheid.

Andere huidvormen zijn bijvoorbeeld een leerachtige, verhoornde huid bij sommige ➛meervallen en ➛kogelvissen, en ➛beenplaten, eveneens bij meervallen, en bij ➛stekelbaarzen.

Schubbeneter

Lepidofaag