PlanktonPlanorbella trivolvis

Plankton

= zwervend.

Bij het woord plankton denken velen aan zeeleven, maar het betreft hier een algemene term die ook geldt voor leven in zoet water.

De term plankton slaat op al het leven in water dat zich laat meevoeren met de aanwezige stroming en daarbij vrij in het water zweeft. Het kan zich wel zelfstandig bewegen, maar gaat niet gericht ergens staan, of hangen aan bijvoorbeeld een plant. ➛Watervlooien vallen onder die beschrijving. Plankton is dan ook niet uitsluitend microscopisch klein.

Plankton wordt verdeeld in dierlijk (zoöplankton) en plantaardig (fytoplankton).

Voor kleine dieren en planten die wel actief het water doorkruisen is de term ➛nekton in zwang. Te denken valt aan ➛muggenlarven en waterinsekten.

Planorbárius

= afgeleid van planorbis.

Klein geslacht van slakken met 2 soorten uit de familie van de ➛Planorbidae.

In aquariumkringen vooral bekend door de rode posthoornslak, die een ➛albino is van de grote posthoornslak.

córneus

Linneaus 1758

Grote posthoornslak

Verspreiding over vrijwel heel Europa. In Nederland en België een algemene soort.

In het platte vlak gewonden huis, door de toenemende doorsnede hol aan beide zijden, Geen kiel. Relatief klein, roodachtig donkergrijs lichaam met lange, spitse voelsprieten.

Planorbarius corneus
De grote posthoornslak.

Lengte tot 6 cm.

Deze slak laat planten met rust en levert ook anderszins geen risico op, zeer geschikt voor het aquarium.

Deze slak is tweeslachtig, maar kan zichzelf niet bevruchten. Ook om inteeltredenen kunnen beter meerdere exemplaren worden verzameld. Doorzichtige, ronde eipakketten worden op allerlei ondergrond afgezet.

Deze slak staat bekend om het eten van ➛penseelalgen.

Planorbélla

= afgeleid van planorbis.

Geslacht van slakken met ten minste 15 soorten uit de familie van de ➛Planorbidae.

In zoet water levende longslakken met een huis in de vorm van een ramshoorn. In het aquarium is vooral de P. trivolvis een oude bekende.

Enkele soorten waren vroeger ondergebracht bij het geslacht Helisoma.

trivólvis

Say 1817

Inheems in Noord-Amerika van Canada tot aan Florida. Als exoot ook in andere delen van de wereld te vinden. De voorkeur gaat uit naar langzaam stromend water met veel plantenresten.

De slak lijkt op de ➛posthoornslak, maar blijft veel kleiner. Bovendien heeft het huis aan één kant een knik (kiel) parallel aan de windingen. De kleur varieert van bruin tot rood.

Planorbella trivolvis
Een jonge Planorbella trivolvis

Lengte tot 18 mm.

Een populaire aquariumslak die planten met rust laat. De slak leeft van algen en voedselresten.

De slakken zijn ➛hermafrodiet en kunnen zich zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk voortplanten. Eitjes worden in pakketjes van 5 mm afgezet op allerlei voorwerpen, zoals planten, stenen en ruiten. De eitjes liggen in drie à vier rijen breed.

Deze slak is lang bekend geweest als Helisoma trivolvis.