Australátya

Klein geslacht van garnalen met 2 soorten uit de familie van de ➛Atyidae.

Vrij grote, ➛rheofiele garnalen met waaiervormige scharen. Uiterlijk vergelijkbaar met ➛Atyopsis, waarbij de carapax en het abdomen één gestroomlijnd recht geheel vormen, zonder de bij veel garnalen aanwezige knik in laatste. Evenals bij Atyopsis leven deze dieren permanent in stevige stroming, en zijn met een dergelijke vorm goed bediend. Ook de krachtige loop- en zwempoten (pleopoden) dragen daaraan bij. De dieren leven van fijn plankton, dat ze met hun waaierhanden uit het langs stromende water filteren.

Ook in het aquarium zoeken de dieren de stroming op, bij voorkeur nabij een filteruitlaat, liefst er zo dicht mogelijk voor. Houdt deze groepsdieren bijeen met minimaal 5 dieren. Verder weinig eisende dieren, die zowel fijn levend, diepvries- en droogvoer eten, ➛plantaardig en ➛dierlijk.

De kweek is bij geen van de soorten nog gelukt, en dan met name de opfok van de larven. Dit is het het gevolg van de ➛amfidrome leefwijze, waarbij jongen als plankton naar zee spoelen, enige vervellingen ondergaan, om als (bijna) volwassen dier naar de geboortegrond terug te keren. Kweken houdt in de jongen in geleidelijk steeds zouter water te houden - en weer terug naar zoet.

De enige verhandelde soort is tevens de enige waaiers dragende garnaal uit Australië en slechts zelden in de winkel belandt.

strioláta

Te vinden langs vrijwel de gehele oostkust van Australië, van de Claudie rivier in het noorden tot de Genoa rivier in het zuiden. Altijd in snel stromend water met een stenige bodem, waartussen de dieren schuilen.

Vorm volgens de geslachtsbeschrijving. Tekening vergelijkbaar met Atyopsis-soorten. Kleur transparant bruinig geel, met twee à drie roodbruine banen in de lengte, wisselend in breedte, met donkerder randen. Over de rug een brede beige streep. Ogen donkerbruin. Geslachtsonderscheid onbekend.

Lengte tot 7 cm.

Zie de geslachtsbeschrijving voor verzorging en gedrag. De kweek is nog niet gelukt, maar mogelijk zijn er populaties die, vanwege de afstand tot zee, toch hun ontwikkeling in zoet water doormaken.

Geschikt voor aquaria vanaf 60 liter.

Temperatuur: 22 tot 26° C

pH: 6-7   dH: 12-30   fH: 21-53   ppm: 200-500

Kopen: ok.

austrále

➛Aphyosémion