= naar Deens botanicus Oldenland.
Zeer uitgebreid geslacht van planten met ruim 250 soorten uit de familie van de ➛Rubiaceae.
Wereldwijd in de tropen voorkomende, onopvallende, kleine planten. Fijne, mat vormende planten met opgaande stelen, waarop kruisgewijze, meer of minder brede spits spoelvormige bladeren op regelmatige afstand van elkaar staan. Bloemen op stelen in de bladoksels, kort buisvormig met vier kelkbladen, wit, roze, licht- of donkerpaars of lichtgeel.
Voor het aquarium is tot op heden slechts één soort geschikt gebleken.
Bentham & Hooker 1894
Oorspronkelijk verspreid over de zuidelijke helft van Zuid-Amerika tot in Zuid-Brazilië, maar ingeburgerd in de VS.
Groeit als bij het geslacht beschreven. Bladeren rond tot eirond. Bloem wit, buis van binnen met lange haren.
Hoogte tot 50 cm, breedte tot 25 mm.
Relatief weinig eisende plant, die echter wel redelijk wat licht en CO₂ verlangt. Groeit redelijk snel en vraagt geregeld onderhoud. Houdt de temperatuur aan de lage kant.
Geschikt voor aquaria vanaf 30 liter.
tot 25° C
pH: 6-8 dH: 4-18 fH: 7-32 ppm: 70-300
Voorheen beperkt bekend onder de geslachtsnaam Hedyotis, maar ook als Echinodorus angustifolius, E. bolivianus, E. latifolius en E. quadricostatus.