CorydorasCorydoras acrensis

Corýdoras

= met helm en kuras.

Zeer omvangrijk geslacht van meervallen met ten minste 200 soorten uit de familie van de ➛Callichthyidae.

Een zeer groot aantal van deze soorten is voor het aquarium geschikt. Deze komen vooral voor in het Amazonegebied in Zuid-Amerika, maar ook zuidwaarts tot in het noorden van Argentinië.

Corydoras hebben een relatief kort lichaam met een gepantserde kop, de flanken zijn met ➛beenplaten bezet. Bij enkele soorten is er ook nog een plaat op de rug. Het zijn typische bodemvissen met een min of meer vlakke buiklijn en een sterk gewelfde rug. De kop is breed in vergelijking met het lichaam. Er is een duidelijke ➛vetvin aanwezig met een stevige vinstraal aan de voorzijde. De rugvin is eveneens voorzien van een stevige voorste vinstraal. Bij de vrouwen is deze vin bovendien afgerond, niet puntig als bij de mannen. Ook hebben vrouwen doorgaans een wat vollere buik, wat vooral van bovenaf goed is te zien. Rond de onderstandige bek bevinden zich zes ➛baarddraden.

De variatie in de tekening is groot, al komen sommige patronen bij meerdere soorten voor, maar kent in veel gevallen toch typisch kenmerken, zoals de oogstreep. Deze donkere streep loopt verticaal vanaf het voorhoofd tot of over het oog. Naar onderen loopt deze vaak spits toe. Is de oogstreep aanwezig, dan bevindt zich daarachter vaak een lichtere of opvallend gekleurde zadelvlek.

De vissen kunnen zich handhaven in een zuurstofarme omgeving dankzij ➛accessoire ademhaling via de darm. Daartoe zwemt de vis snel naar het wateroppervlak, tankt er razendsnel verse lucht in via de bek en duikt weer even snel terug, terwijl de verbruikte lucht via de anus ontsnapt. Wat niet betekent dat de kwaliteit van het water van gering belang is. Zorg voor een regelmatige ➛waterwissel, waarbij het verse water koud kan worden toegevoegd.

Corydoras zijn zonder uitzondering sterke en vriendelijke vissen die van gezelschap houden. Houd ze daarom altijd in een groepje van minstens vijf dieren. Ondanks dat ze vrijwel continue de bodem afsnuffelen, is het zaak deze vissen specifiek voer aan te bieden, zoals rode ➛muggenlarven, ➛diepvriesvoer dat snel naar de bodem zinkt of voedertabletten. Watervlooien en andere muggenlarven worden echter ook gegeten, al gaat dat soms onhandig.

De kweek verloopt vrijwel identiek bij de verschillende soorten, maar is niet altijd eenvoudig. Toedienen van koud water kan de kweek stimuleren. In een ruime kweekbak kunnen het best bij één vrouw drie à vier mannen worden geplaatst. De vrouw poetst een geschikte afzetplaats schoon zodra de dieren paringsbereid blijken. De mannen stoppen hun baltsspel als de vrouw snel een man nadert die haar daarna op een typische manier vasthoudt. De eitjes worden per 2-4 tegelijk afgezet en door de vrouw tussen de buikvinnen vastgehouden. De spermatozoïden van één of meerdere mannen zwemmen rond de paringsplaats en bevruchten de eieren. Daarna worden de eieren op de afzetplaats bevestigd door de vrouw. Dit gaat door tot er ongeveer 100 eitjes zijn afgezet. Jongen eten ➛jongbroedvoer zoals microwormen of iets van dergelijke grootte..

acrénsis

Nijssen 1972

Inheems in de Braziliaanse staat Acre in het noordwesten, tegen de Peruaanse grens.

Gedrongen soort. Op kop en lichaam een patroon van uit vlekjes bestaande strepen. De staart heeft vergelijkbare stippellijnen in verticale bogen. Van het midden van de kop loopt aan weerszijden een donkere lijn over het oog.

Lengte tot 5,5 cm.

Een schone bodem is bij deze soort van belang.

Geschikt voor aquaria vanaf 60 liter.

Temperatuur: 20 tot 25° C

pH: 6-8   dH: 0-18   fH: 0-32   ppm: 0-300

Kopen: ok.