= met kleine vruchten.
Klein geslacht van moerasplanten met 3 soorten uit de familie van de ➛Phrymaceae.
Kleine planten met liggende, veelvuldig vertakkende stengels met kruisgewijs staande, korte, naaldachtige blaadjes. Als gevolg ontstaan warrige, kussenachtige, groene tapijten. Bloemen okselstandig, buisvormig, met één opgerichte bovenlip en drie onder.
Eén soort is zeer bruikbaar in het aquarium, maar desondanks zelden te vinden.
Merrill 1912
Inheems van oostelijk China en Japan, Zuidoost-Azië tot en met Australië, in rijstvelden, en ander ondiep, stilstaand, warm water, maar ook langs rivieroevers.
Groeivorm als bij het geslacht aangegeven. Bloemen paars.
Hoogte tot 20 cm, breedte tot 35 mm.
Een gemakkelijke, maar warmtebehoeftige plant. Verlangt veel licht en CO₂ Wat kwetsbare plant, maar herstelt snel.
Eenvoudig door stekken te vermeerderen.
Geschikt voor aquaria vanaf 10 liter.
Temperatuur: 24 tot 30° C
pH: 5-7 dH: 4-12 fH: 7-21 ppm: 70-200
= kleine Devario.
Klein geslacht van karpers met 4 soorten uit de familie van de ➛Daniodidae.
Zeer kleine, grotendeels doorzichtige karperachtigen uit Myanmar, Thailand en aangrenzende gebieden, die aan Zuid-Amerikaanse karperzalmen doen denken.
Rustige ➛scholenvissen om bij voorkeur met minimaal acht dieren bijeen te houden. Alhoewel redelijk geschikt voor het ➛gezelschapsaquarium is een biotoop- of speciaalaquarium toch aan te raden. Combineren met andere rustige vissen van vergelijkbare grootte. Vermijd al te drukke of agressieve medebewoners.
Een aquarium met een donkere bodem, wat stroming en voldoende beplanting en zwemruimte kan voldoen. Eventueel enkele stukken hout of rolkeien kunnen voor verdere aankleding zorgen.
Weinig kieskeurig met voedsel, overwegend van ➛dierlijke aard, een enkele keer wat van ➛plantaardige oorsprong wordt echter ook gegeten. Alle typen voer worden geaccepteerd.
De kweek is eenvoudig en verloopt als beschreven bij de familie.
Herre 1939
Afkomstig uit de benedenloop en delta van de Irrawaddy rivier in Myanmar, in allerlei water als ondergelopen gebied, kanalen en greppels, moeras, allemaal met een dichte begroeiing.
Lichaamsvorm als bij het geslacht vermeld. Relatief slank, vergeleken met de andere soorten. Lichaam en vinnen transparant bruingeel, de ruggengraat is als een donkere lengtestreep zichtbaar. Vrouwen groter en forser, mannen krachtiger gekleurd.
Lengte ♀ tot 23 mm, ♂ tot 20 mm.
Verzorging en gedrag als bij het geslacht beschreven.
Geen vermelding over een kweek bekend. Deze verloopt zoals is te verwachten als bij M. kubotai.
Geschikt voor aquaria vanaf 60 liter.
Temperatuur: 20 tot 27° C
pH: 6-8 dH: 0-18 fH: 0-32 ppm: 0-300
Kopen: ok.