DracaenaDreissena polymorpha

Drácaena

= vrouwelijke draak.

Geslacht van planten uit de aspergefamilie of Asparagaceae. Alle soorten zijn ➛ongeschikt als aquariumplant. Bekende kamerplanten zijn o.a. de drakenbloedboom D. draco.

drácula

= naar de langtandige graaf.

Danionélla

Drainagebekken

Stroomgebied

Drakensteen, ohko steen

Vrij zacht soort gatenrijk ➛steen, dat oorspronkelijk in de regio Ohko in Japan werd gevonden langs zeekusten en oevers van grote meren.

Drakensteen
Kleurrijk drakensteen.

Drakensteen is een sedimentgesteente ontstaan uit klei. De open structuur houdt de steen licht en is het gevolg van het geleidelijk eroderen van de zachtere delen door golfslag, waardoor alleen de hardere delen over zijn gebleven. De kleur wordt bepaald door de verschillende stoffen waarmee de klei is vermengd.

Japanse Ohko steen is veelal dofgroen of bruin. Doordat het gesteente in slechts enkele tientallen jaren ontstaat wordt het ondertussen ook elders geproduceerd. Deze steen is kleurrijker, met meer rood-, oranje- en geelbruin, en vaak betaalbaarder.

Deze steen heeft weinig effect op de watersamenstelling. Wel is het zaak de stenen zeer goed schoon te spoelen en met een borsteltje of puntig voorwerp de holtes schoon te maken. De steen bestaat uit dunne laagjes en is erg breekbaar, enige voorzichtigheid is daarom geboden. Spoel de steen met een niet te krachtige waterstraal af.

Dit type steen vraagt geregeld onderhoud, vanwege het ophopen van vuil in de vele holtes.

Dréissena

= naar Nederlands apotheker Dreissen.

Driehoekige mossels uit de klasse van de ➛Bivalvia, die zich met zogeheten byssusdraden, bestaande uit hoornig materiaal, vastzetten op harde voorwerpen.

De lengte van de stevige schelpen varieert tussen de 15 en 40 mm, de breedte is ruwweg de helft daarvan. Bewoners van zuurstofrijk en helder zoet water, al wordt enigszins ➛brak goed verdragen. Verspreid over Europa, Azië, Afrika en Zuid-Amerika, elders als exoot.

polymórpha

Pallas 1771

Driehoeksmossel

Oorspronkelijk een dier uit de rivieren rond de Zwarte en de Kaspische zee, tegenwoordig is het vanaf daar tot in heel Europa te vinden. Dit is te danken aan de vele verbindingskanalen die in de 19de eeuw in Europa tussen rivieren zijn gegraven. In 1980 geïntroduceerd in de VS wordt deze mossel ook daar gezien als een invasieve ➛exoot: deze mossel kan ondertussen in heel Noord-Amerika worden gevonden.

Al kan de mossel 5 cm. bereiken, veel meer dan 4 wordt het meestal niet. De vorm van de mossel is plat en langgerekt driehoekig. Tussen beide lange kanten lopen afwisselend gelige en zwarte banden, deze zijn niet altijd even duidelijk.

Dreissena polymorpha
De driehoeksmossel. © ➛Saxifraga - E. Gibcus
Zoals alle mossels in dit geslacht zet deze zich vast met byssusdraden.

Lengte tot 5 cm.

Niet geschikt voor een gangbaar aquarium, de dieren verhongeren in het doorgaans kraakheldere aquariumwater. Als alle mosselen eet ook deze namelijk allerlei zweefvuil en -algen.