Het geheel aan ➛eieren bij een drachtige vrouwelijke vis.
Type ➛achterwand waar ook een ➛moswand mee kan worden gemaakt. De platen worden zonder toegevoegde bindmiddelen gemaakt door de kurk samen te persen en te verhitten, waardoor de inwendige hars uitzet en naar buiten komt. Dit houdt de ontstane plaat bijeen, dus zonder teer, zoals nog wel eens wordt gedacht.
De gezaagde platen zijn in verschillende dikten verkrijgbaar, beginnend bij 2 cm. Onbewerkt geven de platen geen opwekkende aanblik, wat verbeterd kan worden door met een korte haak of oude vork brokken uit de zichtkant te peuteren. Dat gaat makkelijk, maar zorg daarbij wel dat de plaat niet breekt, wat zeker bij een dunne plaat snel gebeurt. Dit kan met ➛siliconenlijm overigens eenvoudig worden hersteld, want daarmee zal de drijfgrage plaat uiteindelijk aan de achterruit worden bevestigd. Mogelijk is smeltlijm een optie, dit is eenvoudiger te verwijderen maar laat wellicht op termijn los. De aldus verkregen structuur maakt weliswaar een uniforme, maar toch natuurlijke indruk. Uit een dikkere plaat valt, zoals te verwachten, meer 3D effect te halen.
Mossen hechten gemakkelijk met hun ➛rizoïden aan het kurkoppervlak. Prik daartoe met spelden plukken mos erop vast. Na twee tot drie weken kunnen deze worden verwijderd. Afhankelijk van de dichtheid van planten en de groeisnelheid van het mos kan de wand in enkele maanden een feit zijn.
Kurkplaten vergaan langzaam en verliezen hun stevigheid, waardoor brokken loskomen. Vervang ze na ongeveer vijf jaar. Duur zijn deze platen niet.
➛Behandelen van ziekten